Wees voorbereid!
‘Waarop?’ zul je me nu vragen.
‘Op alles,’ zou ik willen zeggen.
Dat heeft mijn eerste week al duidelijk gemaakt. Wees voorbereid op, of ‘laat je verrassen door’ het mooie Uganda’.
Twee heerlijke rustdagen gehad na aankomst. Een prachtige omgeving aan de Nijl. Schitterende vogels. Apen die op drie meter het ontbijt van mijn bord kijken. En ja, de zon. Je raadt het vast al. Ben meteen de eerste dag flink verbrand.
Een warm en hartelijk ontvangst in Wairaka.
Voor het eerst mijn huisje zien. De ruimte is groter dan ik had bedacht. Een mooie keuken er voor mij aangebouwd.
Daarna begon het allemaal: Huis inrichten: bed, koelkast, gasfornuis, eethoek, kledingkast. In een paar uur heb ik dit gekocht. Niets geen folders kijken, op internet zoeken en meubelboulevards aflopen. En dan het eten: ingrediënten om zelf brood te bakken. Ik kom niet dagelijks in de stad, het is een hele klus om een goede lijst te maken en overal de ingrediënten vandaan te halen. ’s Avonds kon je mij opvegen, gesloopt was ik. Maar dit huis wordt steeds meer mijn huis. En langzamerhand komen er routines.
Oh, ja. Als je hier een huis binnenstapt doe je je schoenen uit. Heerlijk om slippers aan te hebben en ze zo voor de deur uit te kunnen schoppen. Ik loop op dit moment veel heen en weer. Slippers aan, slippers uit.
‘Deur!’ slippers uit.
‘Autodeur!’... en ja hoor, ik laat mijn slippers buitenstaan en stap blootvoets in.
‘Het is echt niet normaal hoor, hoe vaak het deze dagen het geval is.’ zegt Anne tegen mij. Ja...
Opnieuw geen water. Sta ik daar met mijn vieze voeten... En ik wil echt naar bed.
Gelukkig heb ik nog een emmertje water staan van het stoffen van de kledingkast van vanmiddag.
Nu staat er dus een emmer met water standaard in de keuken klaar. En ik kook steeds bijna drie liter water zodat ik voldoende heb om te drinken.
En mocht ik dan de deur uit gaan, stop dan altijd wc-papier in je tas. Het overkomt me 1x om zonder wc-papier te zitten. Dat gaat me niet nog eens gebeuren!
De eerste dagen was er veel regen. Met bakken kwam het naar beneden. Ik vreesde even voor het onderlopen van mijn huis. Gelukkig gebeurde dat niet. De was doen? Ach, laat maar, een andere dag als de zon zich weer laat zien.
Komen in een ritme... Ik woon op het schoolterrein. Om 6.15 uur staan de buren op. Metalen deuren worden open en dicht gedaan, water stroomt. Ik ben op tijd wakker. Ik draai je nog even om. Ik hoef er nog niet uit. En dan wordt er op een deur geklopt: een metalen deur. Indringend geklopt... Ik word wakker: 7.00 uur. Is het mijn deur? Ben ik iets vergeten? Ik kruip uit mijn klamboe en kijk door het raam. Daar staat een vriend op en top gekleed met een brede lach: ‘Wilma! Nice to see you!’
Goedemorgen.
Ik zoek en sleutel en open de deur. Het is een mooi weerzien, moest wel even wakker worden.
‘Voordat ik naar Kampala terug ga, moet ik jou eerst even zien en gedag zeggen’.
Nu je dit leest, heb ik internet. De eerste dagen heb ik zonder gezeten. Ik wilde graag een simkaart kopen waardoor ik van wifi gebruik kan maken. In alle vroegte zijn Ron en ik naar Jinja gereden...
‘Sorry, meneer, de regering heeft gisteren besloten om de verkoop van sim-cards te verbieden.’
Ik kijk verbaast, ik lach en denk: ‘Oke, dit is Uganda’. Thuis gekomen baal ik wel een beetje. Ik kan niet laten weten dat ik in Wairaka ben, dat alles goed is. Later die dag komen we erachter dat dit voor twee maanden is.
Nu ik dit schrijf is het 23 maart. Mocht ik binnen twee maanden deze blog plaatsen dan weet je dat ik op een creatieve manier internet heb gekregen!
Wees voorbereid! Dit is nog maar het begin!